Als coach van DES 4 werd mij gevraagd om het verslag te schrijven, omdat het een van de spaarzame wedstrijden was waar ik bij kon zijn. DES 4 kende een bijzonder zaalseizoen. Met vrijwel dezelfde groep als vorig seizoen spraken we af dat we ons op eigen kracht wilden handhaven, en als de poule het toeliet zouden we misschien bovenin wat kunnen betekenen. Halverwege het seizoen, met 5 punten uit 7 wedstrijden, konden we echter wel stellen dat we ons op handhaving moesten gaan richten. Of dat terecht was? Daar valt over te discussiëren, van de vier nederlagen uit die eerste zeven wedstrijden waren er drie met maar twee goals verschil. Dat bood dus perspectief, zeker omdat je als nummer 7 uit de poule niet per se hoeft te degraderen; alleen de 12 slechtste nummers 7 van de 24 poules vallen eruit.
De tweede helft van het seizoen leek DES 4 meer getergd. Met zes punten uit vier wedstrijden zou dit een-na-laatste duel het duel moeten zijn waarin we onszelf definitief veilig zouden spelen. Natuurlijk keken we al een aantal weken geleden de stand en het programma, en hadden we al gezien en geconcludeerd dat het wel heel gek moest lopen wilden wij er nog uit vliegen. Maar, zeker weten deden we het (nog) niet.
Dat gezegd hebbende, mocht DES 4 dit weekend afreizen naar de sfeerloze koepel in Scheveningen, ook wel bekend als Sporthal De Blinkerd. Op dat moment wisten we al dat Excelsior had verloren en wij dus officieel veilig waren. Dat werd ook aangestipt in de voorbespreking; de druk is eraf, ga een leuke wedstrijd spelen en heb plezier met elkaar. Dan zou de rest wel goedkomen.
Dat bleek vies tegen te vallen. Aan het begin bleef DES 4 qua score nog wel een beetje bij maar juist het plezier en de beleving ontbraken bij het 4e, het plezier en de beleving die er voor zorgden dat de laatste wedstrijden zo goed gingen. KVS kwam op een 9-3 voorsprong en ondertussen was het spel van DES slordig; passfouten door de druk van KVS, miscommunicaties, verdedigende foutjes en een gebrekkige afronding.
Met die afronding ging het in de laatste fase voor rust een stuk beter. Waar het op trainingen heel vaak over gaat, is de overtuiging in de afronding. Die was op dit moment absoluut aanwezig, en DES had zich bij rust weer in de wedstrijd geknokt; 10-7.
De samenvatting van wat er in de rust werd besproken was duidelijk; zij zijn niet best, wij zijn slordig en missen de passie om voor elkaar te werken. Afspraken werden gemaakt, met als belangrijkste afspraak; houd je aan de afspraken. Volgt u ‘m nog? Hoe dan ook, in de eerste 10 à 15 minuten van de tweede helft liet DES 4 zien dat het best heel aardig kan korfballen. De 9-3 achterstand die bij rust al was verkleind naar 10-7, was op een gegeven moment geheel ongedaan gemaakt; 12-12! De vijf Delftse supporters (waarvoor dank!), twee reserves en ondergetekende gingen er eens goed voor zitten, want nu zou het muntje toch wel onze kant opvallen? Nou, niet dus. KVS – wat bij winst twee punten loskwam van de zevende plaats – bleef heel geduldig en gedisciplineerd hun juiste mensen uitspelen. Ondertussen waren de aanvallen van DES juist heel vluchtig, steeds naar de 2-2 en dan de eerste bal nemen. Dat resulteerde vaak in balverlies, en KVS profiteerde daar goed van. In de slotfase speelden zij het rustig, heel rustig (met nog een time-out twee minuten voor tijd, terwijl het verschil vier was…) uit en uiteindelijk wisten zij ons met 19-14 te verslaan.
Erg zonde, vooral omdat we van zo ver waren gekomen. Misschien toch de laksheid van ‘we zijn er al’, werd geopperd. Dat zou inderdaad kunnen, dus wellicht tijd om op een nieuw doel te focussen? Op het veld handhaven, waarbij de steun van iedereen welkom is. Die steun verdient DES 4, voor hun immer positieve instelling en inzet!